Het Belgische belastingstelsel is de laatste jaren sterk veranderd. Dit geldt met name voor de overdracht van levensverzekeringen, die een draai van 360° heeft gekend. Ontdek de belastingregels voor doorgegeven levensverzekeringskapitaal in het verleden en het heden.
11 maart 2022
6 minuten lezen
Beleggingen en levensverzekeringen
FWU - Expert Corner - FWU AG
Het principe van een levensverzekering in België is dat u tijdens uw leven een bepaald bedrag spaart, dat vervolgens aan uw begunstigde (in de context van successieplanning) wordt doorgegeven. Deze begunstigde kan uzelf zijn aan het einde van het contract, of een andere persoon bij uw overlijden.
Maar wat gebeurt er als het levensverzekeringskapitaal wordt overgedragen? Wordt het opgenomen in het belast vermogen of glipt het door de mazen van het belastingnet? Met andere woorden, hoe zit het met levensverzekeringen in het kader van een nalatenschap? Hier is een kort artikel om u alles uit te leggen.
Vóór een circulaire van 7 januari 2021 was de levensverzekering het belangrijkste vermogensspaarproduct. En niet zonder reden: bij het overlijden van de verzekerde werd het overgemaakte kapitaal geacht buiten de nalatenschap te vallen.
Het was dus niet onderworpen aan successierechten. Maar sinds 7 januari 2021 zijn de wetten veranderd. In het Brusselse en Waalse Gewest is het levensverzekeringskapitaal belastbaar verklaard volgens de successierechten.
En het is een besluit dat met terugwerkende kracht wordt toegepast, op alle sterfgevallen die zich sinds 1 september 2018 hebben voorgedaan.
Goed om te weten:
Deze datum is gekozen omdat op die dag in België de hervorming van het huwelijksvermogensstelsel in werking is getreden.
Sinds die datum is het kapitaal van levensverzekeringen, ongeacht of het om tak 21, 23 of 44 gaat, dus onderworpen aan successierechten. Maar het gaat niet alleen om de eenvoudige onderbrenging van het vermogen in de nalatenschap: het is ingewikkelder dan dat.
De verzekeringsuitkering kan wettelijk niet in de nalatenschap worden opgenomen. De begunstigde moet in de aangifte van nalatenschap echter nog steeds vermelden wat hij of zij heeft ontvangen. Dit is een juridische fictie die door de wetgever in het leven is geroepen om te voorkomen dat begunstigden van levensverzekeringen worden vrijgesteld van successierechten.
En daar houdt de spitsvondigheid niet op: in geval van een huwelijk worden successierechten geheven over het levensverzekeringscontract van de overleden partner EN de overlevende partner.
Dit is een veel voorkomende situatie in België: partner A sluit een levensverzekering af op naam van partner B, en partner B sluit een levensverzekering af op naam van partner A. De premies voor beide contracten worden betaald uit gemeenschappelijke middelen.
Volgens de circulaire van 2021 moet partner B bij het overlijden van partner A successierechten betalen om het levensverzekeringskapitaal te ontvangen. Dit wordt slechts voor de helft van het gestorte kapitaal belast, aangezien het kapitaal via de gemeenschappelijke fondsen is opgebouwd.
Bovendien moet partner B successierechten betalen op 50% van het kapitaal van het levensverzekeringscontract dat is afgesloten op naam van partner A, die is overleden.
Als bijvoorbeeld elk levensverzekeringscontract tussen partner A en partner B 50.000 euro bevat (d.w.z. 100 000 euro in totaal), dan moet partner echtgenoot B successierechten betalen op een totaalbedrag van 50.000 euro. Omdat hij wordt belast op 50% van het door zijn overleden partner ondertekende contract (d.w.z. 25.000 euro), en op 50% van het door hem ondertekende contract (d.w.z. 25.000 euro).
Goed om te weten:
Als partner B kan bewijzen dat zijn of haar levensverzekering uit eigen middelen is betaald (erfenis, schenking, enz.), wordt die daarop niet belast. Hij wordt echter nog steeds belast op de helft van het door partner A ondertekende levensverzekeringscontract.
Nu u de theorie van de levensverzekering en de successierechten onder de knie hebt, kunnen we in de details treden. Hoeveel successierechten moeten in België worden betaalde op levensverzekeringen?
Alles hangt af van verschillende factoren: de afstamming tussen de verzekerde en de begunstigde, het gewest waar het contract is ondertekend, en de belastingschijf van het gezin.
Indien de levensverzekering in rechte lijn (tussen echtgenoten) wordt gesloten, zijn de volgende rentevoeten van toepassing.
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gaat het om de volgende rentevoeten van de successierechten in functie van de belastingschijf:
Tussen 0 en 50.000: 3%
Tussen 50.000 en 100.000: 8%
Tussen 100.000 en 175.000: 9%
Tussen 175.000 en 250.000: 18%
Tussen 250.000 en 500.000: 24%
Boven 500.000: 30%
In het Wallonië gaat het voor echtgenoten om de volgende rentevoeten in functie van de belastingschijf:
Tussen 0 en 12.500: 3%
Tussen 12.500 en 25.000: 4%
Tussen 25.000 en 50.000: 5%
Tussen 50.000 en 100.000: 7%
Tussen 100.000 en 150.000: 10%
Tussen 150.000 en 200.000: 14%
Tussen 200.000 en 250.000: 18%
Tussen 250.000 en 500.000: 24%
Boven 500.000: 30%
In het geval van een levensverzekeringscontract tussen broer en zus zijn de successierechten anders.
In Brussel wordt de overdracht van een levensverzekeringscontract tussen broers en zussen als volgt belast:
Tussen 0 en 12.500: 20%
Tussen 12.500 en 25.000: 25%
Tussen 25.000 en 50.000: 30%
Tussen 50.000 en 100.000: 40%
Tussen 100.000 en 175.000: 55%
Tussen 175.000 en 250.000: 60%
Boven 250.000: 65%
In het Waals Gewest geldt deze schaal:
Tussen 0 en 12.500: 20%
Tussen 12.500 en 25.000: 25%
Tussen 25.000 en 75.000: 35%
Tussen 75.000 en 175.000: 50%
Boven 175.000: 65%
Voor overdrachten van levensverzekeringskapitaal tussen neven, nichten, ooms en tantes is de schaal weer anders.
In Brussel zijn de belastingschijven als volgt:
Tussen 0 en 50.000: 35%
Tussen 50.000 en 100.000: 50%
Tussen 100.000 en 175.000: 60%
Boven 175.000: 70%
Dit is de belastingschaal voor Wallonië:
Tussen 0 en 12.500: 25%
Tussen 12.500 en 25.000: 30%
Tussen 25.000 en 75.000: 40%
Tussen 75.000 en 175.000: 60%
Boven 175.000: 70%
Bij overdracht van levensverzekeringskapitaal buiten een familieband ten slotte, verschillen de successierechten opnieuw.
In het Brussels Gewest geldt deze schaal:
Tussen 0 en 50.000: 40%
Tussen 50.000 en 100.000: 55%
Tussen 100.000 en 175.000: 65%
Boven 175.000: 80%
In Wallonië is de situatie als volgt:
Tussen 0 en 12.500: 30%
Tussen 12.500 en 25.000: 35%
Tussen 25.000 en 75.000: 60%
Boven 75.000: 80%
Ondanks de vastgelegde regels zijn er bepaalde situaties waarin de begunstigde geen successierechten op de levensverzekering hoeft te betalen.
Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer verzekeringnemer A een begunstigde C aanwijst en een verzekerde B. Wanneer verzekeringnemer A overlijdt, gaat het geld niet rechtstreeks naar begunstigde C. Verzekerde B kan ervoor kiezen de premies teblijven betalen, aangezien de levensverzekeringsovereenkomst hem betreft.
Begunstigde C ontvangt het overgedragen kapitaal dan alleen bij het overlijden van de verzekerde, dus B. Er moeten geen successierechten worden betaald.
Ten slotte kan, alleen in het Vlaams Gewest, de afkoop van het levensverzekeringscontract worden gebruikt om de successierechten niet te moeten betalen. Als iemand ervoor kiest het contract vóór de vervaldatum af te kopen, moet die persoon successierechten betalen.
Hij moet dan een aanvullende aangifte doen zodra hij het afgekochte kapitaal ontvangt.
Zoals alle wettelijk geregelde contracten is de overdracht van levensverzekeringen onderworpen aan een specifieke belasting: de successierechten.
De toegepaste rentevoet hangt af van het gewest waarin het contract werd ondertekend, de belastingschijf en de familieband met verzekeringnemer. Informeer u dus goed voordat u uw begunstigden aanwijst: één keuze kan de aard van uw vermogensoverdracht volledig veranderen.
Doen een beroep op het advies van FWU om een levensverzekering te kiezen die past bij uw beleggersprofiel en uw langetermijnprojecten! Maak hier een afspraak met uw adviseur.